Hoger beroep moordzaak Robert Scottstraat besloten, speciale toegang nabestaanden

Het is een van de meest tragische moordzaken in Amsterdam van de afgelopen jaren. In augustus 2023 stak de 38-jarige Nuri Tolga Ö. zijn twee onderbuurmannen neer. De 25-jarige Rens overleefde dat niet. De toegang tot de zitting bij het gerechtshof wordt 'vanwege de kwetsbaarheid van verdachte' in principe achter gesloten deuren behandeld. Toch krijgen nabestaanden, familie en schrijvende pers bijzondere toegang tot de zittingszaal, zo vertelt een woordvoerder van het hof. De verdachte en zijn advocaat zullen ook aanwezig zijn.  Even terug naar augustus 2023 toen het vreselijk mis ging in de Robert Scottstraat in West. Rond 08.45 uur werden twee huisgenoten plots aangevallen door hun bovenbuurman die - met een keukenmes van 19 centimeter lang - hun woning binnen was gedrongen.  De 25-jarige Rens overleefde de aanval niet, hij werd meerdere keren in zijn hals, borst en buik gestoken. Zijn 29-jarige huisgenoot raakte zwaargewond. Na de aanval stond de dader met bebloede kleding, schreeuwend en zwaaiend met het mes op het balkon. Een waanwereld Ö. werd aangehouden en in het onderzoek dat volgde bleek dat de man waanideeën had over de jongens die onder hem woonden. Zo had hij zijn moeder verteld dat ze waren ingehuurd door de Nederlandse overheid en camera's onder zijn bed hadden gemonteerd. De moeder sliep uit angst voor de verdachte al een aantal weken bij haar dochter. Een dag voor de steekpartij had Ö. nog tegen haar gezegd dat hij haar zou vermoorden. Ook bij de inhoudelijke behandeling van de strafzaak bij de rechtbank bleek dat de man nog steeds in die waanwereld leefde. De man zei tijdens de zitting dat hij in een complot was beland en noemde zijn proces een schijnproces. Ook vroeg hij om de overlijdensakte van de 25-jarige Rens. Kwetsbaar en psychisch zieke Nuri Tolga Ö. Door geen celstraf, maar tbs met dwangverpleging op te leggen, ging de rechter mee in het advies van deskundigen. Zij schreven in een rapport dat Ö. een langdurige behandeling zou moeten krijgen om de kans op herhaling te verminderen. Het Openbaar Ministerie eiste naast de behandeling ook vijftien jaar cel, dat heeft de rechtbank hem niet opgelegd. Waar de rechtspraak normaal gesproken openbaar is voor iedereen, heeft het hof er in deze zaak voor gekozen de zitting in principe achter gesloten deuren te behandelen. Reden is volgens een woordvoerder de kwetsbaarheid van de psychisch zieke Nuri Tolga Ö., toch heeft de voorzitter er gisteren aan het einde van de middag voor gekozen speciale toegang te verlenen aan nabestaanden, familie en schrijvende pers. Er wordt dus niet gefilmd in de zaal. Volgens de raadsman van Nuri Tolga Ö. een goede beslissing: "'Het is in ieders belang dat de behandeling van deze precaire zaak in alle rust en zorgvuldigheid kan plaatsvinden. Het hof heeft ervoor gekozen de behandeling in principe, enkele uitzonderingen daargelaten, achter gesloten deuren plaats te laten vinden. Gelet op het belang van een eerlijk en rustig proces vind ik dat in deze specifieke zaak een goede beslissing." Falend systeem De moordzaak had verregaande gevolgen. In de eerste plaats voor de nabestaanden en buurtbewoners, maar ook voor de maatschappij. Naar aanleiding van de dodelijke steekpartij werd een onderzoek gestart over de aanloop van het incident. Uit dat rapport kwam naar voren dat instanties beter hadden samen moeten werken en dat ze meer hadden moeten communiceren met de buren die de overlast meldden. Ook bleek dat de dader, Tolga Ö., al ruim vijftien jaar bekend was bij de politie. Burgemeester Femke Halsema noemde de uitkomsten van het onderzoek schokkend. "Alle omstandigheden leidde er toe dat een groot aantal instanties soms iets wel en soms iets niet, maar uiteindelijk allemaal niet precies van elkaar wisten wat er speelde. Dat is zeker niet goed gegaan." Volgens de burgemeester zit er een 'fundamenteel probleem' achter dit soort incidenten. "Het is een systeem-probleem. Er moeten minder meldpunten komen." Het bleek de aanleiding een einde te maken aan het oerwoud aan overlastpunten en het 'centraal stedelijk meldpunt' in het leven te roepen. De gemeente, politie, woningbouwcoöperaties en zorgpartners gaan nauw samenwerken en bewoners worden beter op de hoogte gehouden van de voortgang van de melding, zo is de gedachte.