OM eist 14 jaar cel en tbs tegen Bas W. voor dood escort Sara en dumpen van haar lichaam in IJ

Het Openbaar Ministerie (OM) eist een celstraf van 14 jaar en tbs met dwangverpleging tegen de 41-jarige Bas W. Hij wordt verdacht van zware mishandeling, doodslag en het wegmaken van het lichaam van escort Sara (35). Uren nadat ze elkaar hadden ontmoet, dumpte W. het levenloze lichaam van de vrouw in het IJ in Amsterdam.  Volgens W. overleed ze na een ongelukkige val in de badkamer, maar uit onderzoek blijkt dat ze om het leven kwam door verwurging of verstikking.  "Het lichaam van Sara was ernstig toegetakeld. Haar laatste momenten moeten verschrikkelijk geweest zijn", aldus de officier van justitie. "Maar waarom? Wat moet er zijn gebeurd dat verdachte zo door het lint is gegaan en haar lichaam ook moest verdwijnen. Hij heeft haar verpakt, gedumpt en haar ontdaan van al haar persoonlijke bezittingen. Dankzij de stomme fout om het anker niet te gebruiken is haar lichaam snel gevonden. Als het aan hem had gelegen zaten nabestaanden nog steeds in verlammende onzekerheid." Het is onderdeel van het requisitoir waarin het Openbaar Ministerie vandaag 14 jaar cel en tbs eiste.  Volgens het Openbaar Ministerie is er sprake van zware mishandeling en doodslag op de 35-jarige vrouw. Het letsel laat volgens justitie zien dat er sprake was van opzet. "Op basis van onderzoek kan het overlijden van Sara worden verklaard op basis van verwurging, het toesnoeren van de hals en verstikking." In politieverhoren en in de rechtbank schetste W. gisteren zijn versie van wat er die avond gebeurde. De twee zouden elkaar al langer kennen: het zou hun vierde ontmoeting geweest zijn en seks had niet de boventoon: "Van de keren dat ik haar zag hebben we maar één keer echt seks gehad. Zij hield wel van stevige seks, dat bleek uit haar blik en houding", zo vertelde de verdachte gisteren. W. stelt dat Sara door een ongeluk om het leven kwam. Tijdens de seks had ze een koord om haar nek, maar op een gegeven moment reageerde ze niet meer. “Er kwam wat wit slijm uit haar mond. Toen heb ik het bandje losgemaakt en besefte: dit gaat niet goed.” Daarop zou W. haar rechtop hebben gezet, tilde haar naar de badkamer en legde haar in het bad om haar bij te laten komen. Daarop zou ze kort zijn bijgekomen, in paniek uit het bad gesprongen en gevallen. “Ik wilde haar kalmeren. Omdat alles nat was, zijn we gevallen en ik belandde bovenop haar. Ze klapte dubbel als een pop. Ik schrok, heb haar omgedraaid en geprobeerd te reanimeren. Het ging allemaal heel snel.”  Letsel over hele lichaam Maar volgens het OM was er helemaal geen sprake van een ongeluk. Uit onderzoek aan het lichaam van de vrouw bleek dat ze rond haar hals een duidelijke striem had en dat rond haar halsspieren forse bloeduitstortingen waren. Ook haar tongbeen, een bot in de hals, was gebroken – letsel dat ze volgens deskundigen niet kan hebben overleefd. Daarnaast had ze drie gebroken ribben, bloeduitstortingen in de onderbuik en liezen. Ook op haar neus, mond en borsten werden eveneens sporen van geweld gevonden. Letsel waarop Bas W. eigenlijk geen verklaring kan geven. "Het is zo heftig geweest dat geconcludeerd kan worden dat verdachte uit was op de dood van Sara", aldus de officier van justitie vandaag. "Van belang is dat sprake was van krachtinwerking op hals van Sara en dat dit zodanig lang heeft geduurd tot zuurstofgebrek in hersenen en uiteindelijk tot de dood. Ook overige letsels duiden op een zeer gewelddadig handelen en ondersteunen dat bij de verdachte sprake is geweest. Daarna dumpte hij het lichaam van de vrouw in het IJ. Hij heeft geen enkel respect gehad voor de lichamelijke integriteit van Sara. Terwijl Sara ronddreef ging hij verder met zijn eigen leven." "Waarom heb je dat anker niet gebruikt?" Het plan om Sara’s lichaam met een boot naar het IJ te brengen, zou niet van Bas W. zijn geweest. Zijn broer zou hem hebben ingefluisterd naar de moskee aan de Kostverlorenvaart te rijden. Dan zou hij daar met een boot heen komen. Daar aangekomen zou hij in zijn eentje het lichaam op de boot hebben gelegd en stapte daarna zelf ook aan boord. Terwijl zijn broer naar een nabijgelegen café vertrok, voer W. richting het IJ, de plek waar hij Sara haar lichaam – ingewikkeld in een bouwzeil – in het water dumpte.  Volgens Bas W. bleef de rol van zijn broer verder minimaal, maar het Openbaar Ministerie onderzoekt dat nog. Meerdere getuigen verklaarden dat hij tegen Bas W. zou hebben geroepen: “Waarom heb je dat anker niet gebruikt? Nu komt het weer bovendrijven en heb je echt een probleem.” Doelend op een anker dat op de boot lag. Maarten W. wordt verdacht voor medeplichtigheid aan het wegmaken van het lijk.  Dinsdagmiddag voert advocaat Nancy Dekens van Bas W. verweer in de zaak. Zij pleit voor dood door schuld. 

Lees verder