Regenboog-rugbyclub naar EK voor topklassering: "Binnen de sport is queer geen thema"

Beuken en blauwe plekken: rugby is misschien niet de eerste optie waar je aan denkt als je een regenboogvriendelijke sport moet opnoemen. Maar bij de Amsterdam Lowlanders, 's lands enige inclusieve rugbyclub, vinden ze het eigenlijk volstrekt logisch. En daarnaast gaat het sportief ook erg goed. Volgende week gaat de ploeg naar Oslo voor het EK en mikken ze op een plek in de top tien. Het zijn de laatste loodjes voor de Amsterdam Lowlanders. Eind volgende week reizen ze af naar Oslo voor de Union Cup, het Europees kampioenschap voor regenboogteams. Op de Bingham Cup, het wereldkampioenschap, behaalde het team vorig jaar een knappe zestiende plaats op 116 teams. Een geweldige prestatie, vindt hoofdcoach Maurizio IJzerman. "Toen ik erbij kwam, tien jaar geleden, waren we totaal niet goed. In Oslo doen 50 teams mee. We gaan voor de top 8." IJzerman draait volop mee in het oefenen van verschillende spelscenario's tijdens de teamruns. Hij stormt naar voren en gooit de bal schuin naar achteren naar een teamgenoot - vooruit gooien is verboden in de rugbysport. Als de aanval mislukt en het uiteindelijk niet tot een try (de bal wordt achter de achterlijn geplaatst, goed voor vijf punten) komt, levert hij direct commentaar. "Je gaat die bal toch niet óver iemand heen gooien, schat?!" Rustig loopt het team weer een eindje terug om zich weer op te stellen. Een speler draagt een shirt met 'Beyonce' op de rug, een andere man koos voor 'Trophy Wife'. Naast het veld wappert een regenboogvlag.  Sportcultuur De Lowlanders zijn, zeggen ze zelf, een doodnormale rugbyvereniging. Dat de meeste leden uit de regenbooggemeenschap komen, wekt vooral buiten de rugbysport nogal eens verbazing op. Maar volgens Pieter Hansma, één van de weinige hetero's bij de Lowlanders, zit respect in het DNA van de sport. "Ik zeg wel eens: 'rugby is a hooligan's sport played by gentlemen'. En dat is de essentie. Het zit in onze cultuur. Het is competitief, maar ook veilig en inclusief." Clubveteraan Joost Mallo sluit zich daarbij aan. Hij voert het terug op de kernwaarden van het rugby: kameraadschap, discipline en respect. "Binnen de sport is queer zijn niet zo'n thema. Je sloopt elkaar op het veld, dan kan je daarna rustig met elkaar een biertje drinken." Mallo noemt als voorbeeld de regel dat enkel de aanvoerder met de scheidsrechter mag praten. Doet een speler dat toch, dan kan deze direct een tijdstraf krijgen. In de praktijk gebeurt dit dan ook zelden. Mallo: "Voetballers zouden daar nog wat van kunnen leren." De Amsterdam Lowlanders trainen vaak gemengd, maar maken voor competities onderscheid tussen een m-teams voor mannen, waar er twee van zijn, en een w+-team. "Dat noemen we specifiek zo, voor iedereen die zich niet-man voelt. Dat is zeker een verandering van de afgelopen jaren", zegt IJzerman. Drie jaar geleden besloten de twee rugbybonden in Engeland dat mensen die in vrouwenteams willen spelen ook als vrouw geboren moeten zijn, waarmee trans vrouwen nadrukkelijk worden uitgesloten. De bonden vonden dat dat nodig was om de eerlijkheid en de veiligheid van de sport en de spelers te waarborgen. 'Bullshit' IJzerman is bondig: "Ik vind dat bullshit. Er wordt een heel groot ding van gemaakt, maar het gaat echt maar om enkele gevallen." Bovendien, vindt hij, zijn er nu al veel sterke en grote vrouwen in de rugbysport - het is volgens hem niet zo dat een trans vrouw automatisch een voordeel heeft. "Vaak gaat het om een heel dappere beslissing. Het is echt niet zo dat je dat eventjes doet om maar met de vrouwen mee te kunnen rugbyen." Rugby Nederland, de Nederlandse rugbybond, nam de Engelse regels niet over. Een goede zaak, zegt IJzerman. Zijn club is regelmatig met de bond in gesprek aangaande queergerelateerde zaken, en hoopt dat Nederland vast blijft houden aan deze koers. "Wij hebben trans mannen en trans vrouwen bij onze vereniging zitten. Iedereen is bij ons welkom."

Lees verder