Sociale advocatuur krijgt toch eerder extra geld van kabinet

Het demissionaire kabinet gaat toch eerder geld uitrekken om de sociale advocatuur in Nederland weer op de been te brengen. Eerder zou er pas vanaf 2027 geïnvesteerd worden, maar vanmiddag werd bekend dat dat waarschijnlijk al begin 2026 gaat gebeuren. Het gaat om een jaarlijks bedrag van 30 miljoen euro. Het aantal advocaten in Nederland dat mensen bijstaat die dat anders niet kunnen betalen neemt de laatste jaren fors af. Dat komt doordat het aantal sociaal advocaten dat uitstroomt veel groter is dan de nieuwe aanwas. Naast vergrijzing in de beroepsgroep en een negatief imago onder advocaten, heeft dat voor een groot deel te maken met de vergoedingen. De commissie-Van der Meer II concludeerde in maart dat die al jaren ondermaats zijn en adviseerde het kabinet daarom om meer te investeren. Met het geld dat is vrijgemaakt worden onder meer het puntensysteem aangepast. Sociaal advocaten krijgen voor ieder gewerkt uur een punt, wat op dit moment 134 euro vertegenwoordigd. Maar dat puntenaantal zit een maximum dat vaak veel lager is dan het aantal uren dat de advocaten voor hun zaak nodig hebben. Extra gewerkte uren worden op dit moment daardoor niet uitbetaald. Ook het tarief dat advocaten per punt krijgen wordt vanaf volgend jaar verhoogd. Net als de reiskostenvergoeding. Langetermijnplan Bovenstaande maatregelen zijn volgens staatssecretaris Rechtsbescherming Teun Struycken (NSC) voor de korte termijn, maar een deel van het geld gaat ook naar maatregelen die de sociale advocatuur volgens hem toekomstbestendiger moeten maken. Er komt bijvoorbeeld een pilot waarbij startende advocaten bij hun eerste zaak een voorschot krijgen. Daarnaast gaat er extra geld naar een bestaande subsidie voor de beroepsopleiding van sociaal advocaten. Ook is er gedacht aan een campagne met 'ambassadeurs en boegbeelden', die aspirant-advocaten voor deze tak van sport moet enthousiasmeren. Staatssecretaris Struyken vindt dat het behoud van de sociale advocatuur een 'gezamenlijke verantwoordelijkheid' is van de overheid en de commerciële advocatuur. Hij zegt dat er op korte termijn een bijeenkomst met deze beroepsgroep wordt georganiseerd, waarin gesproken wordt over de bijdrage die zij kunnen leveren. De Nederlandse Orde van Advocaten, de Raad voor Rechtsbijstand en de Vereniging Sociale Advocatuur Nederland werken daarnaast een langetermijnvisie uit. Het is de bedoeling dat daar nieuwe maatregelen uit volgen. Het plan zou er eigenlijk al voor de zomer moeten zijn, maar heeft vertraging opgelopen. Weinig animo in Amsterdam Sociaal advocaat Marleen van Geffen, die ook portefeuillehouder bij de Amsterdamse Orde van Advocaten is, zei eerder al dat de gevolgen van het teruglopende aantal sociaal advocaten verstrekkend kunnen zijn. "Een stad zonder sociaal advocaten zou betekenen dat heel veel Amsterdammers met juridische problemen geen toegang meer hebben tot rechtsbijstand. En daarmee hebben ze eigenlijk ook geen toegang meer tot hun rechten." Veel rechtenstudenten in Amsterdam kiezen voor een carrière in de commerciële advocatuur op de Zuidas. "Ik vind de commerciële advocatuur uitdagender, je bent bezig met het maken van analyses, en juridische constructies", vertelt student privaatrecht Ruya Ertugrul. Toch is er ook een enkeling te vinden die wel voor de sociale advocatuur kiest: "Als ik aan het einde van de dag als sociaal advocaat heb gewerkt, kan ik echt trots op mezelf zijn", vertelt Maryam Hamidi, student rechten aan de VU in Amsterdam. Vorige maand maakte AT5 onderstaande reportage over het teruglopende aantal sociaal advocaten in de stad.

Lees verder